Op 24 december 1593 lagen wel 140 vrachtschepen voor anker op de Reede van Texel. Het merendeel was geladen met graan, met bestemming Italië. De wind draaide, maar niet naar de gunstige hoek voor die koers. Integendeel, er stak er een zuidwester storm op, met zulke harde rukwinden dat enkele schepen van het anker sloegen. Ze konden de andere schepen niet meer ontwijken.
Masten braken af, en steeds meer losgeslagen schepen botsten met krakend geweld tegen andere aan. De chaos was compleet. Meer dan 40 schepen zijn die nacht vergaan, en vele honderden bemanningsleden kwamen om. Twintig van de gezonken schepen waren verzekerd bij de Amsterdamse graankoopman Roemer Visscher. Kort na kerst werd Visschers tweede dochter geboren. Hij noemde haar Marrigtjen (Maria) Tesselschade, “opdat niemand ooit deze ramp zal vergeten”. Maria zou later een beroemd dichteres worden. In het Scheurrak is een wrak ontdekt dat vrijwel zeker tijdens deze kerststorm is vergaan. In het ruim werd zelfs nog veel graan gevonden.
Het verhaal van deze kerstramp wordt ook verteld in de tentoonstelling Wereldreis.