Nederland was veroverd door de Fransen, en keizer Napoleon bezocht hoogstpersoonlijk op 16 oktober een plek die van groot strategisch belang was in zijn strijd tegen de Engelsen: de Reede van Texel. Als de Engelsen het Marsdiep te pakken zouden krijgen lag de hele Zuiderzee voor ze open. Dat wilde de keizer voorkomen, en dus besloot hij om het Fort de Schans te laten vergroten.
Bovendien gaf hij opdracht tot de bouw van twee steunforten: de Redoute en de Lunette. Aan de overkant van het Marsdiep liet hij grote forten bouwen in Huisduinen en Den Helder. Het mocht niet baten. Vier jaar later werden de Franse troepen definitief verslagen door een alliantie van Britse, Nederlandse en Pruisische strijdkrachten. Dat was niet in de Zuiderzee, maar bij Waterloo, ten zuiden van Brussel.