Voor de kust van Texel liggen tientallen eeuwenoude scheepswrakken. De vele voorwerpen die duikers er in de loop van de jaren hebben gevonden, hebben ons veel geleerd over de scheepvaart en het leven op zee tussen de zestiende en negentiende eeuw. Eén wrak had een wel heel bijzondere lading. Dit wrak, dat het Palmhoutwrak is genoemd, zat vol exclusieve, luxe voorwerpen.
Bewaard onder het zand
In het gebied waar ooit de Reede van Texel lag, aan de oostzijde van het eiland, zijn honderden schepen vergaan. Dit gebeurde vooral in de 17e en 18e eeuw, bij storm of bliksem, door brand of doordat een schip op een zandbank liep. Van de meeste schepen is niets bewaard gebleven, maar sommige raakten kort na de schipbreuk bedekt met slib en sediment. Dit voorkwam verdere afbraak, waardoor deze wrakken als tijdscapsules in de zeebodem bewaard bleven. Sinds de jaren 70 spoelen ze soms weer vrij. Als de natuur zijn gang kan gaan, vergaan ze dan alsnog in een rap tempo. Vandaar dat de wrakken in de gaten worden gehouden door duikers. Ook sleepnetvissers ontdekken soms dat een wrak vrijspoelt.
Vrijgespoeld
Het vrijspoelen van het Palmhoutwrak, dat toen nog niet zo heette, werd in 2010 voor het eerst gemeld. Het wrak lag op het Burgzand, een deel van de Waddenzee ten oosten van Texel waar veel wrakken gevonden zijn. In de zomer van 2014 bleek het wrak zodanig vrijgespoeld te zijn dat sportduikers er vondsten uit konden halen.
Buxushout
Op de bovenlaag van het wrak, mogelijk het dek, werden vooral veel stammen buxushout aangetroffen. Aan dit hoogwaardige hardhout, dat ook wel palmhout wordt genoemd, dankt het wrak zijn naam. Palmhout werd vooral gebruikt voor het maken van gereedschapsheften en de luxe meubelmakerij.
Koopvaarder
Naarmate er meer zand van het wrak spoelde, werden meer objecten gevonden. De duikers haalden verschillende kapotte kisten met onder andere textiel, pronkzilver en luxe gebruiksvoorwerpen boven water. Alles van zodanige kwaliteit en exclusiviteit, dat zeker is dat de eigenaar uit de hoogste sociale klasse afkomstig was. Uit onderzoek is gebleken dat het Palmhoutwrak vermoedelijk een Nederlandse koopvaarder was. Het schip had in ieder geval lading uit de Middellandse Zee aan boord toen het rond 1660 zonk.
Unieke vondst
Er is heel weinig textiel uit de 17e eeuw bewaard gebleven en het wordt nauwelijks in scheepswrakken aangetroffen. Textiel vergaat namelijk meestal als eerste. Als er al textiel in een wrak wordt gevonden, gaat het eigenlijk altijd om kleine flarden van wollen zeemanskleding. Het feit dat het textiel uit het Palmhoutwrak nog grotendeels intact is, maakt met name deze vondsten zo uniek. Topstukken zijn onder andere de zijden Jurk, ragfijn gebreide zijden kousen, een oosterse kaftan en een zilveren japon die mogelijk een trouwjurk was: superluxe kleding die alleen de elite zich kon veroorloven.
Rijke eigenaar
Niet alleen de kleding uit het Palmhoutwrak wijst op een zeer welgestelde eigenaar, ook andere objecten die in het wrak zijn gevonden maken dit duidelijk. Een zilveren pronkbeker, een luxe toiletset, een oosters tapijt: spullen waarvan met zekerheid gezegd kan worden dat ze van mensen uit de elite zijn geweest. De kledingstukken hebben verschillende maten, dus zullen door verschillende mensen zijn gedragen. Arent Vos, senior archeoloog bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, denkt dat met het schip mogelijk de spullen werden verhuisd van een rijke familie die een handelspost in een ander land moest gaan bemensen.
NB: Er vindt nog steeds onderzoek naar de collectie plaats. Dit artikel kan hierdoor verouderde informatie of achterhaalde inzichten bevatten.